In juli was er binnen Europa 0,4% minder geld in omloop dan een jaar eerder, dat blijkt uit cijfers van de Europese Centrale Bank (ECB). Dat is voor het eerst sinds 2010. Het gaat hierbij om de totale geldhoeveelheid in de eurozone, naast contant geld vallen spaargeld en tegoeden op eenjarige termijnrekeningen hier ook onder.
De afgelopen dertien jaar steeg de hoeveelheid geld nog, wat wordt gezien als een belangrijke graadmeter voor de Europese economie. Door de bank genomen betekent een stijging van de geldhoeveelheid een uitbundigere economische groei. Wat de lichte daling concreet betekent voor de beleidsrente van de ECB is nog niet duidelijk, wel is het aannemelijk dat de daling een gevolg is van de gestegen rente. Dat valt met name te zien bij het onderdeel ‘contant geld en onmiddellijk opneembare tegoeden’; hier is een daling van 9,2% ten opzichte van een jaar eerder te zien.
Geconcludeerd kan worden dat de Europese burger een deel van zijn spaargeld omzet in bijvoorbeeld deposito’s langer dan één jaar of bepaalde obligaties. Dat geld is immers niet verdwenen, het wordt alleen niet meegenomen in de statistiek aangezien het niet vrij opneem- en besteedbaar geld is dat op dit moment meetelt in de economie. De doelstelling achter de vele renteverhogingen door de ECB lijken hiermee hun vruchten af te werpen; geld lenen duurder maken en sparen aantrekkelijker om zo de inflatie te laten afkoelen.
Het cijfer zal ongetwijfeld meegenomen worden in de volgende beleidsvergaderingen van de ECB, maar of het per definitie een staking van de verhogingen betekent is nog maar de vraag. Zo gaf Joachim Nagel, prominent ECB-lid en president van de Duitse Bundesbank, onlangs aan dat de rente verder wordt verhoogd na de zomer als het aan hem ligt. “Het is voor mij veel te vroeg om na te denken over een pauze, de inflatie ligt nog steeds rond de 5%. Dat is veel te hoog, en maakt dat er nog een weg te gaan is”, aldus Nagel.
De volgende ECB-vergadering zal op 14 september plaatsvinden. Wat in ieder geval wel duidelijker lijkt, is het uitblijven van een renteverlaging op de korte termijn. Onlangs sprak de Franse minister van Financiën Bruno Le Maire zich daarover uit tegen het Franse volk, hij gaf aan dat er geen renteverlagingen zullen plaatsvinden in de komende maanden.
Spaarders die nog niet overstag zijn gegaan en een spaarproduct met hoge rente hebben gezocht, kunnen de komende tijd dus nog profiteren. Op dit moment kan dat op verschillende plekken, zo geeft het Italiaanse Banca Progetto momenteel rentes tot 4,30%, afhankelijk van hoe lang de deposito wordt afgesloten. De hoogste spaarrente waarbij geld niet vastgezet hoeft te worden, vindt men bij het Estse Bigbank, waar 2,70% op spaarrekeningen zonder voorwaarden worden gerekend.
Reinout de Jong is werkzaam als financieel journalist, hij schrijft teksten voor verschillende financiële websites en is na het afronden van zijn redactionele opleiding bezig met een bachelor in de Nederlandse taal.
Geef een reactie