Om de inflatie terug te dringen verhoogt de Europese Centrale Bank (ECB) de belangrijkste rentetarieven met 75 basispunten. Oftewel, 0,75%. In de ruim 20 jaar oude geschiedenis van de euro is er niet zo’n grote renteverhoging geweest.
In juli van dit jaar verhoogde de ECB de rente ook al. Toen ging het om een stijging van 50 basispunten (0,50%). Wat doen de banken? Kunnen we binnenkort weer wat rente over ons spaargeld verwachten?
Prijsstabiliteit op de middellange termijn, dat is het doel van de ECB. Door de rente stapsgewijs te verhogen, hoopt de ECB de groei van de economie af te remmen. Hoe dan? Allerlei soorten rentes, zoals de spaarrente, hypotheekrente en kredietrente, hangen direct of indirect af van de beleidsrente van de ECB.
De ECB verwacht – door de beleidsrente te verhogen – dat andere rentes ook omhoog gaan. Een stijgende rente heeft een remmend effect op de economie: geld lenen wordt duurder en sparen aantrekkelijker. Hierdoor nemen de bestedingen van consumenten en bedrijven af, wat de prijsstijgingen op termijn zou moeten afzwakken.
Maar een hogere rente kan ook leiden tot een recessie. We spreken van een recessie als het Bruto Binnenlands Product (BBP) minstens twee kwartalen op rij daalt. Het BBP is de maatstaf voor economische groei. Toch is dat geen reden voor de ECB om de rente niet te verhogen.
Nieuwe renteverhogingen zijn namelijk al aangekondigd. De verwachting is dat de rente oploopt tot 2 tot 2,5%. Hiermee toont de centrale bank aan dat het terugdringen van de inflatie bovenaan het prioriteitenlijstje staat. De verwachte inflatie voor 2022 komt uit op 8,1%. Voor 2023 en 2024 wordt een inflatie van 5,5% respectievelijk 2,3% verwacht.
Een aantal landen in de EU hebben een hoge staatsschuld. Bij een hoge rente moeten zij meer betalen voor hun schuld. Dit kan problemen veroorzaken. Om een eurocrisis te voorkomen, is er een nieuw instrument in het leven geroepen: het transmission protection instrument, TPI).
Dit instrument biedt de ECB de mogelijkheid om een staatsschuld op te kopen. TPI heeft daarom al de bijnaam ‘To Protect Italy’ gekregen.
Toch is de rentestand – ondanks de grote sprong – in de EU nog steeds historisch laag. Zeker in vergelijking met andere grote economieën. In Australië heeft de centrale de rente bijvoorbeeld verhoogd naar 2,35%. Canada heeft al een rente boven de 3%. En ook de VS gaat richting de 3%. Een rente van 0,75% is en blijft erg laag.
De hoogste spaarrente is op dit moment is 0,65%. Dat is de rente die spaarders krijgen bij Renault bank en Bigbank. Al een stuk meer dan 0,01%,maar geen rente waar spaarders blij van worden. Na de rentesprong van de ECB verwachten spaarders ook een verhoging van hun spaarrente. Toch blijven de banken vooralsnog terughoudend.
Dat heeft te maken met vraag en aanbod. In Nederland sparen we heel veel. Er is veel aanbod van geld. Daarbovenop konden banken lange tijd heel goedkoop geld lenen bij de ECB. Het geld van spaarders hadden de banken dus niet echt nodig. Dat is waarom de spaarrente onder andere laag blijft. Bovendien duurt het een tijdje voordat een besluit van de ECB doorwerkt in de economie.
Saskia Oegema is werkzaam als financieel tekstschrijver. Zij onderzoekt en schrijft voor verschillende websites in de financiële dienstverlening. Zowel haar Bachelor Bedrijfseconomie als haar Master in Economics – met als specialisatie Corporate Finance and Control – heeft ze behaald aan de Radboud Universiteit van Nijmegen.
Geef een reactie